Bier van Tarw gebrouwen, ſchoon het niet zeer lang heeft gekookt, en wel is bearbeid, blyft langen tydt onklaar, het voedt ſterk en maakt den buik eenigzints week, maar belet de ontlaſting van het water. Die kort van adem zyn of verſtoppingen der ingewanden hebben, alsmede die met Graveel en Steen bezet zyn kunnen dit Bier wel ontberen.
Bier van Haver gebrouwen verkoelt meer dan dat van Tarw is gemaakt. Dit Bier, onklaar zynde, doet de pis moeijelyk ontlaſten; zuiver en van zyn droeſem bevryd zynde, word het pisdryvende bevonden.
Bier van Rogge gebrouwen, zoo het matig heeſt gekookt, behoorlyk is gegeſt, en van zyn’ droeſem is gezuivert, het welk zeer moeijelyk geſchied, heeft de verw van Rinſche Wyn, en is niet onſmakelyk, nochtans hoe zuiver het ook zy, zoo valt het de borſt moeijelyk, veroorzaakt verſtoppingen en is zeer winderig.