Brouwzaalrendement
Het brouwzaalrendement wordt gebruikt om uit te drukken hoe efficiënt een brouwsessie is geweest, ten opzichte van het gebruik van de mout. Het wordt uitgedrukt in een percentage, wat de relatieve hoeveelheid opgeloste suikers uitdrukt:
TODO: formule van opgenloste suiker / totale suiker in mout invoegen
Het brouwzaalrendement bestaat uit het maischrendement en het spoelrendement en wordt ook wel als volgt omschreven[1]:
- Het brouwzaalrendement geeft aan hoe efficiënt je het zetmeel uit de mout hebt weten om te zetten in suikers en in de kookketel hebt gekregen, rekening houdend met het potentieel extract van de mout.
Of zoals omschreven in de Oxford Companion to Beer[2]:
- BME (brew material efficiency) is a measure of the amount of extract that is actually delivered to the fermenter compared to the amount of extract that is theoretically extractable from the grist.
Potentieel extract
Het potentieel extract is de maximale hoeveelheid zetmeel, of suiker, die theoretisch uit de mout geëxtraheerd zou kunnen worden.
Maischrendement
Het maischrendement omschrijft de efficiëntie van het maischproces. Het definieert het percentage zetmeel dat uit de mout is omgezet in suikers, ten opzichte van het potentieel extract. Het maischrendement draagt het meeste bij aan het totale brouwzaalrendement.
Spoelrendement
Het spoelrendement omschrijft de efficiëntie van het spoelen. Het definieert het percentage suikers dat tijdens het spoelen is vrijgekomen uit de bostel, ten opzichte van het potentieel extract. Het spoelrendement draag vaak slechts enkele procenten bij aan het brouwzaalrendement.
Let op: Overmatig spoelen zorgt er voor dat er ongewenste smaakstoffen uit de kafjes vrij komen. Als je je brouwzaalrendement wilt verhogen, moet je daarom vooral richten op je maischrendement[1].
Wat heeft invloed op het brouwzaalrendement
TODO: filteren, spoelen, maischen (veel roeren), schroten, etc